Informatie over sterilisatie en castratie bij katten

Sterilisatie kat nazorg

Naast de zorg die de dierenkliniek aan de kat geeft, wacht er na de operatie ook een verzorgende taak voor jou, als katteneigenaar.

Je moet aan verschillende dingen denken en het is belangrijk dat je weet welke taken dat zijn.

De kat mag mee naar huis

Als jouw kat mee naar huis mag, kan de kat nog slaperig zijn en wankel lopen als gevolg van de narcose die zij net heeft gehad. Let op dat je kat nergens af kan vallen en zich nergens aan kan bezeren.

Zorg dat je kat op een rustige en warme plaats kan liggen, apart van andere dieren en/of drukke kinderen, zodat ze rustig van haar behandeling kan bijkomen.

Door de narcose is de lichaamstemperatuur van je kat wat lager dan normaal. Het is daarom belangrijk dat je zorgt dat ze een warme ligplaats heeft om goed te herstellen. Je kunt eventueel ook een dekentje over haar heen leggen, maar maak het ook weer niet heel warm.

Zodra je kat ertoe in staat is kun je een kattenbak zonder deksel bij haar zetten.

Katten herstellen vaak snel na een sterilisatie. De volgende dagen zijn ze vaak al heel levendig. Toch is het belangrijk om je kat de eerste dagen rustig te houden zodat de inwendige wonden kunnen genezen.

Eten en drinken

Door de narcose kan een kat misselijk worden. Het kan dus zijn dat jouw kat op de dag van de ingreep totaal geen honger heeft. Dit is geen probleem, een kat mag op deze dag het eten overslaan. Je hoeft de kat op de dag van de ingreep dus niet noodzakelijk eten te geven.

De kat mag wel drinken. Geef haar niet te veel tegelijk maar steeds kleine beetjes. Wil je kat de eerste dag al wel eten? Geef haar dan een klein beetje voer en blijf bij haar zodat je ziet hoe zij hierop reageert.

Zet het eten weg als je kat moet braken en geeft haar dan pas de volgende dag pas weer eten. De dag na de operatie moet ze wel weer willen eten.

Wondverzorging

Controleer regelmatig de wond. Er mag bijvoorbeeld geen bloed uit druppelen en de hechtingen moeten ook goed blijven zitten.

Soms ontstaat er een zwelling. Dit kan bijvoorbeeld komen omdat het lichaam reageert op de oplosbare hechtdraad. Zwellingen mogen niet rood worden en niet warm of pijnlijk zijn. Neem bij twijfel altijd contact op met je dierenarts om je te laten adviseren wat je het best kunt doen.

Sommige katten hebben de neiging om aan de wond te likken of te krabben. Als dit het geval is dan kun je het best een opblaasbare kraag, een zogenaamde ‘lampen’kap of rompertje (medical pet shirt) kopen. Kragen, kappen en rompertjes voor de kat zijn meestal bij de dierenarts in diverse formaten te krijgen.

Als je kat een kap om heeft moet je wel opletten of zij hier goed mee kan eten of drinken. Is dit niet het geval, dan moet je de kap tijdelijk af doen tot ze klaar is met eten en drinken.

De opblaasbare kraag wordt in de meeste gevallen beter geaccepteerd door de kat. Met de opblaasbare kraag kan ze ook zonder problemen uit haar bakje eten en drinken.

Hechtingen

De buikwand wordt in drie lagen gehecht. Deze hechtingen worden met oplosbaar hechtmateriaal gedaan.

Dat houdt in dat deze hechtingen vanzelf oplossen. Je hoeft hiervoor dus niet terug te komen bij de dierenarts. Wel is het belangrijk dat je controleert of de hechtingen blijven zitten, vergeet dit dus zeker niet te doen.

Binnen houden

Het beste is om je kat gedurende tien dagen binnen te houden in verband met haar buikwond. Buiten zou ze door bijvoorbeeld een andere kat kunnen worden opgejaagd waardoor er spanning op de wond komt te staan en de wond open zou kunnen gaan. Dit wil je natuurlijk niet en daarom kun je dit het best voorkomen door de kat binnen te houden.

Aanpassen voeding

Na de sterilisatie wordt de stofwisseling van de kat trager. De kat kan echter wel meer eetlust krijgen. Het is belangrijk om het gewicht van je kat in de gaten te houden door haar regelmatig te wegen.

Om te voorkomen dat je kat dikker wordt kun je haar minder voer geven (ongeveer 1/3 minder dan voorheen) of je geeft haar speciaal voer voor gesteriliseerde poezen en gecastreerde katers. Dit voer bevat minder calorieën en meer vezels, dit heeft als resultaat dat je kat na haar maaltijd wel een verzadigd gevoel heeft.

Vraag advies aan de dierenarts

Om er absoluut zeker van te zijn wat je moet doen, kun je dit het best vragen aan je eigen dierenarts. Je krijgt namelijk ook een antibioticakuur of pijnstillers mee, de dierenarts weet het beste hoelang je dit moet geven aan je kat.